Praktijkvoorbeelden LOB

Expertisepunt LOB
< overzicht

LOB op de Open Schoolgemeenschap Bijlmer

De leerlingen perspectief geven, dat is het belangrijkste

Op Open Schoolgemeenschap Bijlmer in Amsterdam Zuidoost draait LOB vooral om perspectief, aldus directeur-bestuurder Maryse Knook. “Praat met leerlingen over hun dromen en ambities. Laat zien dat de wereld ook voor hén open ligt.”

Toen Maryse Knook haar team een YouTube-filmpje doorstuurde over bouwplannen in Amsterdam Zuidoost, maakte een docente er meteen een opdracht van voor haar leerlingen: ‘Welke beroepen kom je allemaal tegen in dit filmpje?’ Architect, die was gemakkelijk, die had iedereen. Maar er kwamen nog veel meer banen langs: beroepen in de bouw, een secretaresse, een stadsdeelbestuurder, gemeenteambtenaren, er was een school waar natuurlijk docenten werkten, maar ook een conciërge… Leerlingen reageerden verrast: waren er zóveel beroepen?

“Je hoorde hun hersens kraken,” zegt Maryse Knook. “Ze zagen ineens zoveel mogelijkheden.” Knook is directeur-bestuurder van de Open Schoolgemeenschap Bijlmer, een school met zo’n 1400 leerlingen in de richtingen vmbo (basis, kader en TL), havo en vwo. LOB ligt haar al langer aan het hart: eerder in haar loopbaan was ze loopbaanadviseur.

De wereld van de leerlingen groter maken en dromen naar boven halen, daar gaat het om bij LOB, zegt ze. “En vervolgens: aangeven dat het kán. Dat de wereld voor je open ligt. Oók als je uit Amsterdam Zuidoost komt. Dus perspectief bieden, dat is echt het belangrijkste.”

Waarom is dat perspectief zo belangrijk?

Maryse Knook: “Omdat het iets heel essentieels is voor leerlingen, zeker voor leerlingen uit dit stadsdeel. Zij krijgen dat perspectief namelijk niet vanzelfsprekend aangereikt. Voor veel van onze leerlingen is de wereld beperkt. Ze komen het stadsdeel niet uit, ook niet in de vakantie. Bovendien, ze verdienen het ook – ze hebben zoveel kwaliteiten, maar die komen minder snel naar boven dan in een gezinssituatie met hoogopgeleide ouders en voldoende geld voor bijlessen. Het is mooi dat je als school kunt helpen hun wereld te vergroten en het belangrijk om dat ook uit te stralen: ‘Ik zie je, je hebt talent. Die wereld ligt ook open voor jóu’.”

De OSB werkt met een tweejarige brugklas met heterogene groepen. Pas aan het begin van jaar drie is er een splitsing tussen vmbo en havo/vwo. Maakt dat uit voor LOB?

“Nee, in de klassen een en twee is LOB voor alle leerlingen hetzelfde. In het tweede jaar gaat LOB vooral over het onderzoeken wat bij je past en wat je talenten zijn. Of je luchtverkeersleider of timmerman wilt worden, maakt daarbij niet zoveel uit.

Wat wel ontzettend belangrijk is, is dat leerlingen sámen ontdekken wat er te koop is en wat bij hen past. Dat gebeurt in de les en in projecten binnen en buiten de school. De leerlingen kunnen elkaar daarbij ook prima bevragen. Veel leerlingen weten helemaal nog niet wat ze willen worden, hun toekomstdromen gaan niet verder dan voetballer, advocaat of arts. We hébben een paar voetballers op school, vanochtend sprak ik toevallig nog een leerlinge die al meedeed met de selectie van Ajax onder de zeventien. Maar dat is niet voor alle leerlingen weggelegd, dus we helpen leerlingen om na te denken over de toekomst.

Overigens: LOB is niet alleen een apart vak, het zit bij ons ook echt in de haarvaten van de school. We beginnen bijvoorbeeld alle lessen met een kringgesprek, en sluiten de lessen ook af met een kringgesprek. Daarbij gaat het over de inhoud van de les, over het bepalen van je leerdoelen, maar ook over hoe het met leerlingen gaat en wat hun interesses zijn. Ze leren daarin bijvoorbeeld ook al feedback geven.”

Een voorbeeld van een LOB-project is de Week van de Ambitie die jullie organiseerden. Wat hield die precies in?

“Het was een superintensieve week: leerlingen bepaalden hun eigen leerdoelen, brachten hun netwerk in kaart, ontwierpen hun eigen visitekaartjes en volgden workshops over onder meer beleggen, zelfrijdende auto’s of forensische opsporing. Ook waren er speeddates waarbij leerlingen professionals interviewden. We hadden daarvoor zo’n zeventig ouders en mensen uit de buurt gevraagd om mee te werken, dat ging van stewardess en piloot tot arts en dj. Vooraf hadden de leerlingen al nagedacht over vragen die ze konden stellen. Alleen al een vraag als ‘Waarom bent u dit vak gaan doen?’ of ‘Wist u op uw zestiende al wat u wilde worden?’, leidde tot boeiende gesprekken.

De week werd afgesloten met presentaties aan de eigen klas, waarin leerlingen aan elkaar vertelden wat ze hadden geleerd. Het trof me hoe makkelijk ze dat deden en hoe goed ze elkaar feedback gaven – dat is echt de invloed van de oefening die ze in de kringgesprekken hebben gehad.”

Nog een bijzonder project: vlak voor de coronaperiode liepen twintig leerlingen van de OSB mee op de redactie van het Nederlandse tijdschrift Vogue.

“Ze werden geïnterviewd en er was een fotoshoot waarin leerlingen gefotografeerd werden in hun favoriete outfit. Drie van onze leerlingen stonden op de cover van het oktobernummer 2020. Dit project kwam tot stand via de schoonzus van een van onze docenten, die bij Vogue werkte. Het tijdschrift wilde meer diversiteit laten zien en zo kwamen we met elkaar in contact. Dit was ook echt een voorbeeld van hoe de wereld van leerlingen plotseling veel groter kan worden. Het gevoel bij de leerlingen achteraf was ‘Wow, ik dóe ertoe, ik mag er zijn!’ Dat is waar het om gaat.”

Welke rol speel jij als schoolleider bij LOB?

“Het belangrijkste is dat ik mijn netwerk inzet voor mijn leerlingen. Ik heb een behoorlijk netwerk met bedrijven en instellingen in Amsterdam Zuidoost en daarbuiten. Daardoor kan ik samen met decanen lijnen uitzetten, bijvoorbeeld als het gaat om stages – de decanen richten zich op de uitvoering, ik leg de contacten op bestuursniveau.

Mijn netwerk schakel ik ook in voor individuele leerlingen. Bij de laatste diploma-uitreiking vertelde een leerling dat hij sportanalist wilde worden. Ik heb hem gevraagd of hij al iemand kende in de sportwereld. Want we hébben die contacten, bijvoorbeeld bij de Arena, Ajax of bij AT5. Dus: ’Stuur maar een mailtje, jij bent aan zet!’ Dat blijft wel een stap voor een leerling, maar op die manier kan ik wel helpen om de drempel te verlagen. Verder word ik natuurlijk regelmatig geïnterviewd door leerlingen en binnenkort loopt een leerling een dag met me mee. Ik maak graag een praatje met leerlingen, en dan gaat het ook al snel over dromen en ambities.”

Heb je een voorbeeld van hoe een gesprek een LOB-gesprek kan worden?

“Een tijdje geleden boog onze jongerenrechtbank zich over het geval van een leerling die een mes had meegenomen naar school. Een ernstige zaak, maar de leerlingen in de rechtbank snapten zijn verdediging wel: dat hij het had gedaan omdat hij eigenlijk zelf bang was op straat. Uiteindelijk werd besloten dat hij met mij in gesprek zou gaan over hoe we de veiligheid op school nog verder zouden kunnen verbeteren. Dat werd een ongelofelijk leuk en zinvol gesprek, over zaken als: Wat gebeurt er als je een mes zou moeten gebruiken, wat kunnen we doen als school? Het was voor mij ook leerzaam, maar ook hier weer vond ik het vooral belangrijk om de leerling perspectief te bieden: wat zijn jouw dromen, wat wil jij doen, hoe koppel je dat aan veiligheid? Uiteindelijk was het ook echt een LOB-gesprek.”

Je bent ook een afwisselende loopbaan gehad, je was onder meer loopbaancoach. Wat geef je leerlingen mee?

“Vooral: wees niet bang om in je opleiding een verkeerde keuze te maken. Mensen van mijn generatie dachten altijd dat we op ons 65ste met pensioen zouden gaan en vaak bij hetzelfde bedrijf zouden blijven. Leerlingen nu weten niet op welke leeftijd ze later kunnen stoppen met werken en ze weten ook niet wat voor banen er in de toekomst zijn. Mijn advies aan hen is daarom: ‘Ga iets doen dat nú bij je past, iets dat je leuk vindt en waar je energie uit haalt. Je kunt altijd iets anders gaan doen.’

Mijn tweede advies is: ‘Zet altijd zo hoog mogelijk in’. Dat geldt voor zowel docenten als leerlingen. Lef is de eerste stap. Wil je bij een bedrijf een dag meelopen, vraag dan of je met de directeur mee kunt lopen. Heb je geen naam, typ dan op LinkedIn de naam in van het bedrijf en ‘directeur’, en benader die gewoon. Want echt: íedereen zegt ja. Ze vinden het allemaal veel te leuk! En de leerlingen groeien drie meter, door zo’n ervaring. Het geeft ze de boodschap dat ze ertoe doen. Ze krijgen het gevoel dat alles kan, en dat de wereld voor hen open ligt.”

 

Drie LOB-tips van Maryse Knook:

1 Schroom niet om je schooldirecteur in te zetten voor je netwerk. Dat geldt voor docenten én voor leerlingen.

2 Zet zo hoog mogelijk in. Wil je bij een bedrijf een dag meelopen, vraag dan of je met de directeur mee mag lopen.

3 Wees niet bang om een verkeerde studiekeuze te maken. Ga iets doen wat nú bij je past en waar je energie uit haalt – je kunt altijd iets anders gaan doen. 

 

Tekst: Anne Wesseling Fotografie: Hetty van Oijen

Betrokken school

Open Schoolgemeenschap Bijlmer www.osbijlmer.nl

Meer informatie

Week van de Ambitie https://osbijlmer.nl/week-van-de-ambitie/

Leerlingen op de cover van Vogue https://osbijlmer.nl/leerlingen-in-de-vogue/