Aan de slag
‘Dit is het moment voor meer praktijkgericht denken'
Praktijkgerichte havo
Het praktijkgerichte vak HavoP is een schoolexamenvak dat aansluit bij de behoefte van havisten om theorie en praktijk te combineren en de relevantie te zien door kennis in de praktijk toe te passen.- Brochure HavoP – Havoplatform
Wilt u meer weten over HavoP? Lees dan deze brochure HavoP van het Havoplatform over het praktijkgerichte vak op de havo. In deze brochure HavoP wordt het waarom, het doel en de praktische uitwerking van HavoP beschreven. - Aan de slag met praktijkgerichte programma's in de havo
Meer aandacht voor (loopbaan)competenties in het havo-onderwijs
Hoe leren havisten en wat zou voor hen een goede leeromgeving zijn? Welke vaardigheden krijgen op havo-scholen nu veel aandacht en welke verdíenen meer aandacht? Het waren een paar van de vragen uit het onderzoek ‘In en van praktijkervaringen leren op het havo’, dat het Expertisepunt LOB onlangs uitvoerde. In totaal 65 decanen, loopbaancoaches en docenten vulden de vragenlijst in. Onderwijskundige Jannet Maréchal van ATOA analyseerde de uitkomsten. Wat zijn haar bevindingen en heeft ze adviezen voor havo-scholen die hun leerlingen meer praktijkervaringen willen bieden?
- Lees het volledige interview
- Kijk hier ons webinar 'Meer praktijkgericht onderwijs op de havo' van 30 september 2022 terug
Kwaliteitsagenda LOB
Om alle scholen te ondersteunen bij een stevige verankering van LOB in hun onderwijs, hebben het LAKS, de NVS-NVL, de VvSL en de VO-raad, gesteund door het ministerie van OCW, een kwaliteitsagenda LOB opgesteld. In deze agenda wordt een sluitende aanpak beschreven: van visie en beleid naar concrete activiteiten en systematische kwaliteitsbewaking. Het Expertisepunt LOB ondersteunt scholen in deze aanpak door het delen van bewezen praktijkvoorbeelden, instrumenten en kennis op het gebied van LOB.
LOB-monitor
De LOB-monitor wordt ingezet om de beoogde resultaten van de ambitieagenda LOB te monitoren. In 2018 werden scholen in het voortgezet onderwijs en het mbo voor het eerst gevraagd naar de stand van zaken op het gebied van LOB. Deze startmeting leverde voor het mbo een (voorzichtig) positief beeld op, dat opnieuw naar voren komt in de meting van de LOB-monitor in 2020. Zo geven bestuurders zonder uitzondering aan dat er aandacht is voor LOB en leggen steeds meer scholen LOB vast in visie en beleid. Uit de tussenmeting komt ook naar voren dat nog niet alle scholen een sluitende aanpak hanteren; van visie en beleid naar concrete activiteiten en systematische kwaliteitsbewaking.
In het schooljaar 2021-2022 wordt nog een eindmeting uitgevoerd, waarbij de ontwikkeling op het vlak van LOB ten opzichte van de startmeting in kaart wordt gebracht.
Havo/vwo wet- en regelgeving
Het onderwerp loopbaan oriëntatie en -begeleiding is sinds 1999 in de ‘Wet op het Voortgezet Onderwijs’ (WVO) opgenomen. De wet schrijft voor dat de school Oriëntatie op studie en beroep opneemt in het examenprogramma. LOB of oriëntatie op arbeid en beroep is een domein c.q. eindterm in alle examenprogramma’s en moet dus zichtbaar terugkomen in het pta van dat vak.
De kandidaat is in staat zijn eigen loopbaanontwikkeling vorm te geven. Hij doet dat met een oriëntatie op een toekomstige opleiding, (loop) baan door middel van reflectie op het eigen handelen en reflectie op ervaringen. (Onderzoekskader 2017 Onderwijsinspectie, update 2020).
Toezicht op LOB
De Onderwijsinspectie houdt toezicht op LOB op basis van het Onderzoekskader 2017 (geldig 1 aug. 2020) voor de toezicht op het voortgezet onderwijs. Het waarderingskader vo telt per gebied een aantal standaarden. Over de waardering van de basiskwaliteit (wat móeten het bestuur en de school) staat opgenomen:
“De school biedt een breed en op de kerndoelen gebaseerd aanbod dat ook de referentieniveaus taal en rekenen omvat. Het aanbod is dekkend voor examenprogramma’s. Het aanbod bereidt de leerlingen inhoudelijk goed voor op het vervolgonderwijs. Dit aanbod omvat mede activiteiten op het gebied van loopbaanleren (LOB)
Handreiking LOB havo/vwo
Deze handreiking beschrijft hoe LOB in het havo/vwo vorm krijgt, welke wet- en regelgeving geldt voor LOB en hoe LOB op school kan worden aangeboden
Doorstromen tijdens en na de havo
De havo (duur 5 jaar) bereidt leerlingen voor op een studie in het hbo (hoger beroepsonderwijs).
- Doorstroom naar de bovenbouw van de havo
In het derde jaar moet de leerling een keuze maken voor een van de 4 profielen. Naast een vast programma per profiel kunnen leerlingen een deel van hun programma zelf samenstellen. Wanneer een leerling voor een profiel kiest hoort daar een aantal verplichte vakken bij. - Doorstromen van havo naar mbo
Met een overgangsbewijs van havo 3 naar havo 4 kan worden doorgestroomd naar mbo niveau 3 of 4. - Doorstromen van havo naar hbo
Met een havodiploma kan een leerling zich aanmelden voor een opleiding aan een hbo-instelling. Meer informatie over doorstroom naar hoger onderwijs vind je op de website van studiekeuze123. - Extra toelatingseisen en aanvullende eisen
Sommige opleidingen hebben naast diplomaeisen nog extra toelatingseisen, bijvoorbeeld een auditie of een toelatingstoets. - Deficiënties wegwerken
Niet elk havo-profiel geeft rechtstreeks toegang tot elke hbo-opleiding. We spreken over deficiëntie als je wel een havo- diploma hebt, maar niet voldoet aan de gestelde toelatingseisen wat het betreft het profiel of de specifiek voorgeschreven vakken. Door het succesvol afronden van één of meerdere toelatingstoetsen kun je je deficiëntie wegwerken en ben je alsnog toelaatbaar op de opleiding. - Doorstromen van havo naar vwo
Op 17 juni 2020 is de AMvB rondom het doorstroomrecht havo-vwo gepubliceerd. Hiermee worden de doorstroomvoorwaarden duidelijk in het kader van de wet 'Wet gelijke kans op doorstroom naar havo en vwo’. Deze wet en de gepubliceerde AMvB bepalen dat gediplomeerde havisten zonder voorwaarden kunnen doorstromen naar het 5e leerjaar van het vwo.
De leerling heeft met het havo-diploma een startkwalificatie en is niet meer leer- of kwalificatie plichtig. Hij (zij) mag bijvoorbeeld een tussenjaar nemen of gaan werken.
Doorstromen tijdens en na het vwo
Het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (duur 6 jaar) bereidt leerlingen voor op een studie aan de universiteit.
- Doorstroom naar de bovenbouw vwo
Voor de bovenbouw van vwo (klas 4, 5 en 6) kiest de leerling uit 4 richtingen (profielen). - Doorstromen van vwo naar hbo en wo
Met een vwo-diploma kan een leerling een opleiding gaan volgen aan een hbo-instelling of een universiteit. Sommige hbo- en wo-opleidingen hebben naast diplomaeisen ook extra toelatingseisen, zoals het doen van een auditie of het maken van een toelatingstoets. Meer informatie over doorstroom naar hoger onderwijs vind je op de website van studiekeuze123. - Deficiënties wegwerken
Niet elk profiel in het vwo geeft rechtstreeks toegang tot elke hbo-of wo-opleiding. We spreken over deficiëntie als je wel een vwo-diploma hebt, maar niet voldoet aan de gestelde toelatingseisen wat het betreft het profiel of de specifiek voorgeschreven vakken. Door het succesvol afronden van één of meerdere toelatingstoetsen kunnen leerlingen de deficiëntie wegwerken en zijn ze alsnog toelaatbaar op de opleiding.
De leerling heeft met het vwo-diploma een startkwalificatie en is niet meer leer- of kwalificatie plichtig. Hij (zij) mag bijvoorbeeld een tussenjaar opnemen of gaan werken